Tuinreglement

VOLKSTUINVERENIGING “DE GESCHIKTE PEER”

TUINREGELEMENT

Reglement zoals bedoeld in art. 19 lid 1 statuten.

Artikel 1

Verhuurder heeft zich jegens de gemeente verplicht alle wettelijke middelen aan te wenden een overeenkomst met een lid van de huurder te beëindigen, indien dat lid in strijd handelt en/of blijft handelen met het bepaalde in de overeenkomst met de gemeente. Deze overeenkomst ligt terinzage bij de secretaris .

Artikel 2

  • Tuinen, opstallen en dergelijke dienen te worden aangewend als volkstuin, teneinde daarop als ontspanning te kunnen tuinieren. De leden zijn gehouden de tuin en opstallen goed te onderhouden en te gebruiken in overeenstemming met de doelstelling en bestemming.
  • Het is de huurder verboden de volkstuin of een gedeelte daarvan te verhuren of anderszins in gebruik te geven zonder toestemming van het bestuur. Het bestuur behoudt zich ook het recht voor om mensen zonder opgaaf van redenen te weigeren of de toegang tot het complex te ontzeggen.
  • Tevens is het niet toegestaan de tuinen te gebruiken voor reclames of andere doeleinden, woonwagens, caravans of andere objecten te plaatsen of geplaatst te hebben, dan wel een volkstuin te gebruiken voor afvalstoffen.

Artikel 3

Parkeren

  1. Het parkeren dient te geschieden op het complex binnen de daarvoor aangegeven plaatsen.
  2. Parkeren op overige plaatsen in het complex is verboden.
  3. De verhuurder is bevoegd hiervan vrijstelling te verlenen voor een gebruiker of één van zijn gezinsleden of een bezoeker aan één van de tuinen, die lichamelijk gehandicapt is en gebruik moet maken van gemotoriseerd vervoer. In dat geval dient de huurder in zijn tuin een parkeerplaats in te richten.

Artikel 4

Overnachten

Overnachten op de volkstuin is niet toegestaan.

Artikel 5

Onderhoud

Sloten:

  1. De aan de kavels grenzende sloten en taluds dienen door de huurder gedurende het hele tuinjaar te worden onderhouden.
  2. Het onderhoud aan de sloten bestaat uit het kort houden van plantengroei aan het talud en het verwijderen van plantengroei in het water of in de bodem van de sloot. Voor de jaarlijkse schouw, 1 oktober, moet de sloot aan de schouw verplichtingen voldoen.
  3. Het is niet toegestaan keringen in de sloten aan te brengen, welke de doorstroming van het op het water liggende kroos e.d. belemmeren, zonder vooraf gaan de toestemming.
  4. Het is niet toegestaan om sloten te blokkeren of de doorgang te belemmeren.

Paden (hoofd- en zijpaden)

  1. De paden zijn uitsluitend bestemd voor fiets- en voetgangersverkeer. Het berijden ervan is verboden voor al het overig verkeer. De wandelpaden op het gehuurde zijn niet openbaar in de zin van de wet en zijn daarom niet vrij toegankelijk voor het publiek.
  2. De hoofd- en zijpaden grenzend aan de door de leden gehuurde kavels, dienen gedurende het gehele jaar door te worden onderhouden.
  3. Het onderhoud bestaat uit het rechthouden van de padranden, zo dat er een gestrekte lijn ontstaat, evenals het verwijderen van plantengroei.

Tuinen.

  1. De volkstuinen dienen het gehele jaar in goede staat van onderhoud te zijn.
  2. De volkstuin dient steeds naar goed, amateur-tuingebruik, ordelijk te zijn. Het hebben van compost-of mesthopen en andere zaken, die de aanblik van de tuin ontsieren, is niet toegestaan, zij dienen aan het zicht te worden onttrokken.
  3. Mest, afval en vuil mogen slechts tijdelijk worden opgeslagen en wel alleen op een plaats niet gelegen aan de zijde van een pad of aangrenzende sloot. Deze stoffen moeten zodanig zijn afgedekt dat deze opslag geen stank of hinder kan veroorzaken. Eén en ander ten genoegen van de gemeente.
  4. Opgeslagen organisch(tuin)afval moet regelmatig worden verwerkt, dan wel afgevoerd. Het mag nimmer ter plaatse worden opgestookt. Op de watergangen mag uitsluitend hemelwater worden geloosd.
  5. Het is in de periode van 1maart t/m 1oktober niet toegestaan mest en of compost te laten storten aan de voorzijde van het tuincomplex. Binnen de toegestane periode dient het gestorte materiaal op dezelfde dag te zijn weggehaald.
    Mesthopen die niet direct ondergespit worden, dienen met zwart plastic te worden afgedekt. Bouw- en anderen materialen dienen op dezelfde dag naar de tuin te zijn afgevoerd en mogen niet langer dan twee dagen aan de voorzijde van het tuincomplex blijven liggen. Verse mest mag aan de voorzijde alleen gestort worden op vocht ondoorlaatbaar materiaal, dus niet direct op de grond.
  6. De opslag, het afvoeren of verwerking van de bij het onderhouden of gebruik vrijkomende afval dient te geschiede in overeenstemming met de daarvoor geldende milieuwetten of milieuverordening.
  7. Het is het bestuur toegestaan aan de gebruikers van een tuin gedurende de eerste twee weken van maart en de eerste twee weken van november met de auto materialen met inachtneming van de aan te geven maximale asbelasting, naar de tuin te brengen om aldaar te lossen. Na het lossen dient het voertuig teruggebracht te worden naar de parkeerplaats.

Artikel 6

Scheidslijn.

Afscheiding om de tuinpercelen, anders dan groenaanplant, mogen niet hoger zijn dan 1 meter. Afscheidingen van groen aanplant mogen niet hoger zijn dan 1,50m. en niet breder dan 0,60m.

 Artikel 7

Het door de tuinvereniging beschikbaar gestelde nummerplaatje dient op de door een lid gehuurde volkstuin goed zichtbaar geplaatst te zijn.

Artikel 8

Het bouwen van opstallen:

  1. Op iedere volkstuin van maximaal 200m2 oppervlakte is aan bebouwing toegestaan: een schuurtje met een oppervlakte van maximaal 6m2 en een nokhoogte van maximaal 2,50m.
  2. Broeibakken of kassen met een gezamenlijke oppervlakte van 10 %van de oppervlakte van de volkstuin. De nokhoogte van de kassen mag maximaal 2,50m. bedragen, de hoogte van de broeibakken mag maximaal 70cm bedragen.

Teneinde te voorkomen dat te grote bouwsels ontstaan dient tussen de afzonderlijke bouwsels een minimale afstand van 1,20 meter en 0,60 meter uit scheidingslijn te worden aangehouden. Voor ieder te bouwen bouwwerk op het volkstuincomplex, dat zal moeten voldoen aan voormeld bebouwingsvoorschrift, dient bij de gemeente een bouwvergunning te worden aangevraagd, waarbij uit de te overleggen situatietekening de ligging, oppervlakte en indeling van de betreffende volkstuin zal moeten blijken. Tot uitvoering mag eerst worden overgegaan nadat er schriftelijke toestemming is verkregen van het bestuur nadat er eerst een eenvoudige tekening/schets is ingeleverd met daarop de hoedanigheid met maten en de locatie op het betreffende perceel. Hiervoor is vooraf overleg met de tuincommissaris vereist.

 Artikel 9

Ten aanzien van opstallen, broeikas en andere bouwsels waartoe volgens artikel 8 van dit reglement geen toestemming is verleend c.q. geen overleg is geweest, is het bestuur gerechtigd en van uit de gemeente verplicht, maatregelen te nemen. Deze bestaat uit het per direct opleggen van een bouwstop. Het bestuur gaat vervolgens over tot het nemen van verdere maatregelen. Allereerst probeert het bestuur alsnog tot een goede oplossing met het betreffende lid te komen. Mocht dit niet baten, zal het bestuur het desbetreffende lid schorsen en schriftelijk in kennis stellen dat hij/zij voorgedragen wordt op de eerstvolgende ledenvergadering voor royement van het lidmaatschap van de vereniging, waar bij de leden beslissen of dit royement al of niet uitgesproken wordt.

Kosten voortvloeiende uit nalatigheid van het betreffende lid worden hem/haar ten laste gelegd om bouwsels te verwijderen c.q. in oorspronkelijke staat terug te laten brengen.

 Artikel 10

Verboden is:

–       Afval of ander materiaal te verbranden.

–       Beplantingen te hebben die naar oordeel van het bestuur hinder aan derde(n) veroorzaken.

–       Op minder dan 90cm.uit het talud/slootkant te planten of te bouwen.

–       Spullen over sloot te plaatsen of te hangen waardoor de doorgang kan worden belemmerd en er schade aan de schoeiing/slootkant kan ontstaan.

–       Het talud/slootkant op enige wijzen te beschadigen.

–       Zodanige handelingen te verrichten of te laten doen verrichten welke naar het oordeel van het bestuur het volle genot van anderen beperken, dan wel ontnemen.

–       Het houden van kippen, konijnen, geiten, schapen of andere dieren op de tuin. (Kippen die vóór 1 maart 2011 reeds werden gehouden zijn bij wijze van uitzondering toegestaan).

Artikel 11

Het is eenieder die zich op het complex bevindt verboden:

–       Al hetgeen dat binnen het complex aan de zorgen het toezicht van de vereniging is toevertrouwd, te verontreinigen, te beschadigen of te vernielen.

–       Enige tak van handel, nijverheid of bedrijf uit te oefenen. Geschriften of drukwerk zonder medeweten van het bestuur te verspreiden of aan te plakken.

–       Honden onaangelijnd te laten lopen.

–       Geluiden ten gehore te brengen die de rust op het complex verstoren.

–       Afrasteringen te verbreken, grenspalen te verwijder en of te verplaatsen.

–       Zonder voorkennis en toestemming van het bestuur, aankondiging en/of mededelingen op de bestuur-en commissiemededelingenborden, of elders op het terrein van de tuingroep te stellen.

–       Gereedschappen van de vereniging in bruikleen ontvangen, anders dan op de terreinen van de vereniging te gebruiken, daarmede genoemde terreinen te verlaten of langdurig onder berusting te houden zonder voorafgaande toestemming van degene, die deze gereedschappen heeft uitgegeven.

–       Zand, grind, puin e.d. te deponeren op de parkeerplaats van de terreinen, behalve op de daarvoor bestemde stortplaats (betonplaten?) en uitsluitend met toestemming van de tuincommissaris. Na verkregen toestemming dient de stortplaats binnen 2 x 24uur te zijn geledigd.

–       Greppels langs de hoofdpaden te graven.

–       Propaganda te maken voor politieke, kerkelijke of andere instellingen.

–       Op paden zand of grind te storten, of specie daarop aan te maken.

–       Bestuursleden of daar toe aangewezen functionarissen te hinderen bij de controle op de naleving van de reglementaire bepalingen.

–       Bomen op de tuin te hebben welke hoger zijn dan 250cm.

Slotbepalingen

Artikel 12

De leden zijn aansprakelijk vooral hetgeen door hun op het complex verblijvende gezins-, familieleden of gasten, in strijd met de reglementen of bepalingen, wordt verricht.

Artikel 13

Het bestuur is bevoegd indien de goede orde of redelijkheid dit eist, of wanneer men zich schuldig maakt aan overtreding van het gesteld in artikel 10 en 11 van dit reglement, betrokken personen te (doen)verwijderen van het complex en zodanige maatregelen te nemen dat eventueel aan gerichte schade op het verantwoordelijke lid, dan wel op de schuldige(n)wordt verhaald. Het overtredend lid zal als waarschuwing eerst een officiële brief vanuit het bestuur ontvangen. Het overtredend lid zal te alle tijden gehoor moeten geven aan het verzoek van het bestuur zoals vermeld in de officiële brief.

Artikel 14

Gevallen waarin in dit reglement, dan wel het contract met de gemeente, niet is voorzien, beslist het bestuur.

Artikel 15

Sanctiemaatregelen:

Bij overtreding van een bepaling en of niet nakomen van een verplichting statutair of in het huishoudelijk-en tuinreglement opgelegd aan de leden, kan het bestuur maatregelen nemen ingevolge artikel 6 lid 4 van de statuten.

Indien het lid enige boete heeft opgelegd gekregen stelt hem dat niet vrij van het alsnog voldoen aan zijn verplichtingen.

Dit reglement vervangt alle voorgaande tuin reglementen en is met ingang van 26 maart 2018 rechtsgeldig.

Ter Aar, 26 maart 2018

Voorzitter:             P. Veenhuis

Secretaris:             A. Vos

Penningmeester:    B. van den Helder